Skip to main content

De voorzitter van de Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek, Pieter Broertjes, voorziet toenemende druk op de gezondheids- en veiligheidsdiensten in de Gooi en Vechtstreek en elders. Een gesprek over de noodzaak van hechte samenwerking tussen de veiligheidsregio’s bij het bestrijden van een tot voor kort ondenkbare crisis.

“Ik voorzie nog wel een toename aan besmettingen en opnames in onze regio’s,” zegt Pieter Broertjes. “Dan is het fijn dat iedereen elkaar op zowel uitvoerend als op bestuurlijk niveau weet te vinden.” Broertjes schetst als eerstverantwoordelijke bestuurder in een van onze twee verzorgingsgebieden de coronacrisis als de eerste serieuze test voor de kersverse samenwerking van de veiligheidsregio’s in Flevoland en Gooi en Vechtstreek. De burgervader van Hilversum heeft als voorzitter van de Veiligheidsregio Gooi en Vechtstreek, samen met voorzitter Veiligheidsregio Flevoland Franc Weerwind, het mandaat om noodverordeningen uit te vaardigen. Dat schept een grote verantwoordelijkheid.

burgemeester Pieter Broertjes

GRIP4-situatie, RBT en ROT

“Ik ben nu even minder burgemeester en meer voorzitter van de Veiligheidsregio. Eerlijk gezegd gaat sinds half maart honderd procent van mijn tijd naar de crisis. Toen is landelijk de crisis opgeschaald naar wat in vaktermen ‘GRIP4’ heet – GRIP staat voor Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdingsprocedure. Een GRIP4-situatie maakt dat de voorzitter van een veiligheidsregio het mandaat krijgt om beleid te voeren zonder tussenkomst van lokale burgemeesters of gemeenteraden. Voor de huidige coronacrisis is in alle vijfentwintig veiligheidsregio’s GRIP4 vastgesteld. Voor de vijfentwintig burgemeesters tellen maar twee zaken: de gezondheid en de veiligheid van de inwoners.

“Een enorme verantwoordelijkheid, die alleen maar genomen kan worden door extreem goed samen te werken met alle betrokkenen,” zegt Broertjes. “Daar is dan ook een crisisorganisatie voor in werking getreden. In tijden die we nu beleven, betaalt zich de jarenlange voorbereiding van de veiligheidsregio’s uit. Ik geef leiding aan de crisisorganisatie, als voorzitter van het Regionaal Beleids Team, RBT. Daaronder hangt een gezamenlijk Regionaal Operationeel Team: een team dat werkt voor beide verzorgingsgebieden. Dat is erg fijn – we kunnen zo snel schakelen.”

Strenge regels lokaal toepassen

“De essentie is dat de landelijke overheid strenge regels heeft opgesteld. De anderhalve meter-regel, het feitelijke samenscholingsverbod, thuisblijven met griepverschijnselen, sluiting van scholen en horeca en zo meer. Ze staan op de website van de Rijksoverheid. In principe geldt voor het lokaal bestuur: pas die regels toe, handhaaf en bekijk of er in sommige gevallen maatwerk nodig is. Het gaat er dus om dat wat wij in dat RBT besluiten, uitvoerbaar en handhaafbaar is en niet indruist tegen een eventuele specifieke lokale omstandigheid. Daarom is het zaak, goed af te stemmen met mijn zes collega-burgemeesters in de regio. Die spreek ik één-op-één en we hebben een appgroep. De RBT stuurt ook wekelijks een bericht naar de gemeenteraden om raadsleden bij te praten over de genomen besluiten.”

Verantwoordelijkheden en bevoegdheden

“Vergaderen doen we met de RBT inmiddels online. Dat is heel erg wennen, maar het blijkt goed te werken. We geven op die manier hopelijk het goede voorbeeld: het is domweg onverstandig om elkaar vaak live te zien in deze tijden. Van huis uit is veel te doen. Ik heb me dus opgesloten tussen de beeldschermen en toestellen op mijn Hilversumse etage.”
“De verantwoordelijkheden van voorzitters van veiligheidsregio’s staan helder in de wet. Maar het duurde nog even voordat alle juristen in Den Haag hadden bekeken welke bevoegdheden ons, de vijfentwintig voorzitters, toevielen. Op donderdag 26 maart hebben alle betrokken burgemeesters en de Rijksoverheid daar een klap op kunnen geven – dat was overigens nog wel tijdens een fysieke bijeenkomst. De crux is: als er moet worden opgetreden kunnen we snelheid maken via het instrument van de noodverordening.”

Uitzonderingen zijn mogelijk

“Landelijk gaan we één en dezelfde handhavingsstructuur hanteren, waarbij we hebben afgesproken in welke gevallen we optreden en wat de sancties zijn. Maar er zijn uitzonderingen mogelijk op dat landelijke beleid. Er zijn gemeenten in de grensregio’s die speciale noodverordeningen kunnen inzetten op grensverkeer, gemeenten met veel vakantieparken (denk aan Zeeland, de Veluwe) die aparte noodverordeningen vergen voor gebruik van sanitair of horeca op de camping. In het Gooi gaat het dan weer specifiek om sociaal verkeer op de jachthavens. Wij hebben in feite de handelingsvrijheid om ontheffingen te verlenen op een algemeen geldend verbod. Besluiten we dat de weekmarkt toch door kan gaan? Dan staat in de ontheffing een nadere uitwerking van de richtlijnen die het RIVM heeft opgesteld.”

Duiding via videoboodschappen

Communicatie naar de bevolking is in deze onzekere tijden essentieel. Via websites als deze, maar ook direct, via Twitter. Broertjes en zijn Flevolandse collega-bestuurder Weerwind zijn begonnen met het maken van videoboodschappen naar de inwoners. De meest recente ziet u op de pagina ‘Samen sterker tegen corona’.
Broertjes: “Soms vragen maatregelen om duiding, soms is het goed om burgers nogmaals te wijzen op hun eigen rol bij het beteugelen van de virusuitbraak. Mensen snappen het wel als ze niet meer met zijn allen tegelijk de hei op mogen, maar er zijn erbij die denken: het geldt niet voor mij, ik ben toch gezond. Maar door je aan te passen red je misschien andermans leven, zo simpel is het. Dat scheelt slachtoffers en besmettingen, en dat is deze aanpassingen meer dan waard.”

Goede verhoudingen

De twee voorzitters van de samenwerkende veiligheidsregio’s sturen – dat moet wettelijk – elk hun eigen RBT aan. Wel hebben ze dagelijks tegen vijf uur in de namiddag even contact met elkaar – even afstemmen, bijpraten. De verhoudingen zijn goed en dat scheelt enorm bij het daadkrachtig aansturen van de organisaties en het afstemmen van het beleid in beide verzorgingsgebieden. “We hebben de zaken nu goed op orde, maar de toename kan nog komen, dat is aannemelijk. Meer opnamen, ook in de intensive care unit van streekziekenhuis Tergooi. Meer besmettingen, meer sociaal ongemak. We zijn daarop voorbereid.”

Terug